Overslaan en naar de inhoud gaan

Kredietbank Rotterdam schrijft geschiedenis: eerste breed moratorium schuldinning toegekend

Kredietbank Rotterdam schrijft geschiedenis: eerste breed moratorium schuldinning toegekend

24 juli 2019 WetgevingVtlbStabilisatieBeslag

Een Rotterdams echtpaar dat diep in de schulden zit krijgt een half jaar de tijd om tot een goede schuldregeling te komen. In die tijd moeten hun schuldeisers even met de handen op de rug toekijken.

Dat is het resultaat van een verzoek van de Kredietbank Rotterdam aan de rechtbank Rotterdam tot het toekennen van een breed moratorium op basis van artikel 5 van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening. Een bijzonder resultaat, want niet eerder slaagde een beroep op deze mogelijkheid.

Eerdere verzoeken afgewezen

De rechtbanken van Amsterdam, Gelderland en Oost-Brabant wezen de afgelopen twee jaar eerdere verzoeken af. In dit geval vond de rechter het optreden van gerechtsdeurwaarder ‘De Voordeligste Deurwaarder’ reden om een breed moratorium toe te kennen.

De betrokken deurwaarder schotelde het echtpaar aflosregelingen voor die uitgingen van een lagere beslagvrije voet dan de Kredietbank had berekend. Volgens de Kredietbank Rotterdam baseerde de deurwaarder zich op onvolledige informatie over de inkomenssituatie van het echtpaar.

Vanwege het ongebruikelijke beroep op artikel 5 koos de rechtbank voor een meervoudige Kamer om de zaak te beoordelen. Dat leverde een week vertraging op, maar daarna was het snel voor elkaar: Op 1 juli werd het betrokken echtpaar toegelaten tot de schuldhulpverlening, op diezelfde dag kwam het verzoekschrift binnen bij de rechtbank en op 19 juli lag de uitspraak er.

De rechter accepteerde de berekening van het Vrij Te Laten Bedrag die NVVK-lid Kredietbank Rotterdam maakte en verwierp daarmee de berekening van de beslagvrije voet zoals de deurwaarder die hanteerde.

Grensverleggende uitspraak

“Dit is een grensverleggende uitspraak. De rechtbank Rotterdam heeft geaccepteerd dat de betrokken schuldhulpverlener geen andere opties meer had”, reageert juridisch beleidsadviseur Joeri Eijzenbach van de NVVK.

“Drie keer eerder is een beroep op dit artikel afgewezen of niet ontvankelijk verklaard door rechters. Hopelijk geldt: nu er een schaap over de dam is, volgen er meer. Deze snelheid kun je ook bereiken met een kort geding, maar dat is duurder. Een eventuele tuchtklacht tegen de deurwaarder duurt nog weer langer. In het verleden gingen rechtbanken erg formeel om met alle voorwaarden waaraan een verzoek voor een breed moratorium moet voldoen. Misschien is er sprake van een kentering in de rechtspraak. Voor de NVVK geldt overigens nog steeds dat we graag de toegang tot dit middel willen vereenvoudigen”, aldus Eijzenbach.

Gedegen dossieropbouw

In Binnenlands Bestuur spreekt voorzitter Marco Florijn zijn waardering uit voor het optreden van Kredietbank Rotterdam. "Er is hier heel gedegen een dossier opgebouwd en de schulddienstverleners hebben goed gekeken naar de middelen die zij tot hun beschikking hebben." De medewerkers hebben niet "uit pessimisme bij voorbaat afgezien van het indienen van een aanvraag. Rotterdam bewijst dat het wél kan en dat schuldhulpverleners in staat zijn snel en zuiver te handelen", aldus Florijn. Ook wijst hij er in Binnenlands Bestuur op dat het breed moratorium niet per definitie nadelig is voor schuldeisers. In dit dossier waren er meerdere, die benadeeld konden worden door het optreden van ‘De Voordeligste Deurwaarder’.

Eerdere rechterlijke uitspraken:

Sleutelwoorden

WetgevingVtlbStabilisatieBeslag